Column week 38-2024

Harrie Maessen en Arno Walraven. Twee echte Häörder mannen zullen op toerbeurt iedere week een column schrijven op deze website. Iets over de actualiteit in de wereld, in Horn. Iets over wat ze bezig houdt. Een frisse kijk in de toekomst of een grijze blik naar het verleden. Het kan allemaal voorbij komen. Ik geef ze hier de vrije hand om hun verhaal te doen en wens u veel leesplezier.

  Harrie Maessen column.jpg Arno Walraven.JPG  
  Harrie Maessen Arno Walraven  

De Franse les 

Vorige week heb ik mijn eerste les in de Franse taal gehad. In de bieb te Heel. Frans voor beginners.(ik ben eigenlijk al veel eerder begonnen, ergens in de jaren zeventig.) Mijn klas bestaat uit tien leerlingen en een leraar. Het is niet meer dat schoolboeken-Frans van vroeger. In de moderne klas leer je met een ‘tekstboek’, een ‘werkboek’ en met je iPhone. En daar komen we al het eerste probleem tegen: één van de studenten heeft geen mobiele telefoon. ‘Ik leer het zo wel, ik kijk wel hoever ik kom.’ Eerst gaan we de wifi van de bieb installeren. Zo komen we al meteen bij het tweede probleem: alle studenten zijn 60+. Na een klein half uur, na diverse wanhoopskreten en veel hulp van de geduldige leraar, zit iedereen ‘op’ de wifi. Nu gaan we de Franse-les-app downloaden. Het derde probleem dient zich dan aan: alle studenten zijn nog steeds de 60 gepasseerd en niemand heeft een mantelzorger of buddy meegebracht in de vorm van dochter of zoon, die normaal gesproken alle vreemde handelingen op de telefoon moet verrichten. Toch lukt ook dit project, na geweeklaag, ge- ‘ik word hier heel nerveus van’ en wederom hulp van de toch wel zeer geduldige leraar. We gaan op pagina 8 de QR-Code scannen. Probleem vier kort samengevat: leeftijd, geen reddings-maatje, de eerste tranen, nerveus, nerveuzer. Zit ik eigenlijk bij de goede groep? Is dit niet de cursus ‘hoe-werkt-de-iPhone-voor-dummy’s? Nee, dus. Nadat iedereen zich uitgebreid heeft voorgesteld, gaan we nu echt beginnen. En warempel; ik heb al meteen enkele Franse begrippen geleerd, daar is blijkbaar toch nog genoeg tijd voor. Mijn eerste kennismaking met de Franse taal is dit dus niet. Ooit heb ik Franse les gehad op de middelbare school. Vier jaar lang. Maar geen eindexamen in gedaan. Ik mocht een taal laten vallen, zoals dat zo mooi heet. Als de keuze is tussen Frans en Duits, dan is die keuze snel gemaakt. Je zoekt namelijk de gemakkelijkste manier om je eindexamen te halen. Opgegroeid met de Duitse tv en Duitse schlagers maakte het, dat deze taal gemakkelijk te doen was en de keuze dus heel gemakkelijk. Het werd dus Duits. Ondanks de naamvallen: mit, nach, von, bei, seit, aus, ausser, zu, zuwider ..undsoweiter. Wat we toen in de eerste Franse les leerden, weet ik nog goed. Dat eerste zinnetje: ’voila, monsieur Thibaut’. Met een tekening van een mijnheer met een alpinopet en een stokbrood. ‘Baguette’ leerden we pas in les vijf (=cinq). Onze leraar Frans was een opmerkelijke man. Hij vertelde veel over Franrijk en zwaaide altijd met een buigzame stok. Hij sloeg er soms hard mee op een schoolbank om de bijna weg duttende student wakker te houden.(nee, hij sloeg de leerlingen nooit. Hij was een aardige man). Als we bezig waren met een schrijfoefening, was hij aan het schermen. Die stok gebruikte hij als floret. ‘En garde!’ De muurkast was zijn tegenstander. Een keer bij een te harde touché van de kast brak zijn floret/stok in tweeën. De hele klas lag dubbel. Hij verschudde geen oor. Hij maakte de kast open en pakte een nieuwe floret uit een bundel van zo’n 25 stokken! Frans is geen gemakkelijke taal. Wel een mooie taal! Toon Hermans was een francofiel. Hij gebruikte de Franse taal vaak in zijn one-man-shows. Een mooi en komisch voorbeeld is het stuk, waarin hij het hard klinkende “kip” vergelijkt met het zachte ‘poule’(spreek uit: poele). Volgens Toon komt een “ei” er hard uit en glijdt een “oeuf” zachtjes naar buiten. Dat is volgens hem ook ‘veel prettiger voor de kip’. Geweldig! Oftewel: Génial! Nou kom ik wel eens in Frankrijk of in Wallonië. Dan versta ik, ondanks die 4 jaar les in de zeventiger jaren, weinig. En het spreken gaat me helemaal slecht af. Verblijf ik een aantal dagen in Franstalig gebied, dan gaat dat verstaan redelijk goed, maar het spreken blijft matig. Daar hebben we toch een app voor: Duolingo! Met vijf hartjes per dag leer je gratis een beetje Frans. En dan lees ik een advertentie voor Franse les bij de bieb. En zo ben ik in Heel terecht gekomen. Zo sla ik twee vliegen in één klap: zo leer ik omgaan met de iPhone avec beaucoup de plaisir. 

Voor ieder een plezierige zondag, en geniet het leven als leDieu en France! 

Harrie, zunjig 15 september